De weeskinderen in Lviv verdienen meer aandacht; 4 april 2022

Steeds meer Oekraïners slaan op de vlucht. Ook uit Lviv. Hoe zal het de weeskinderen in die stad vergaan als Poetin’s oorlog nog lang voortduurt?

Rondom het plein van het Mriya kindertehuis in een statige, oude wijk van Lviv staat een hoog hek waar niemand zomaar doorheen mag. Een conciërge houdt alles nauwlettend in de gaten. Op het plein hangen twee jongens op bankjes bij een boom, andere kinderen rennen elkaar achterna om te stoeien. Als er opeens een busje is gestopt bij de poort worden ze nieuwsgierig.

De zon schijnt; het is zestien graden. Een vrolijk joch met een dikke winterjas aan en veel te grote schoenen lacht ons toe: ‘Hello!’ Uit zijn woorden maak ik op dat hij Sasja heet. Als begroeting steken we onze handen door een openingen in het hek en geven we elkaar een high-five.
       sasja
Sasja maakt deel uit van een groep van ruim tachtig kinderen van alle leeftijden die een maand geleden halsoverkop het tehuis in Donetsk moest ontvluchten; Poetin’s tanks rukten op vanuit het oosten. 
In het holst van de nacht werden de wezen (en kinderen van ouders die niet voor ze kunnen zorgen) in bussen gezet. Sommigen nog in pyjama. Ze lieten hun vertrouwde omgeving ver achter zich.

Een aantal van hen heeft een geestelijke beperking en veel hulp nodig. Vaste begeleiders reisden mee naar Lviv maar keerden na een paar dagen terug naar hun eigen families in Donetsk. Een stressvolle ervaring voor de extra kwetsbare kinderen; niet alleen moesten ze wennen aan een ander tehuis maar ook aan nieuwe gezichten.

Stapels sneakers
Tijdens de voorbereidingen van mijn reis naar de Pools-Oekraïense grens las ik in de Engelse media over deze vluchtelingen. Hun verhaal liet me niet meer los. Via de app-groep OnMyWayUA sloot me aan bij een stel Groningers: Allard, Bernadet en Stefan, die over connecties in Lviv beschikten.
Welzijnswerker Halia legde contact met het Mriya tehuis en ze stelde een lijst samen met noodzakelijkheden: nieuwe sneakers, luiers (sommige kinderen zijn incontinent), schoonmaakmiddelen en spelletjes voor buiten. En ook niet onbelangrijk: voetbalschoenen voor de oudere jongens. Voor donaties sprak ik mijn vriendenkring aan; de Groningers werden gesponsord door de Stichting SeekJustice.

De Polen doen hun uiterste best om de vluchtelingen uit het getroffen buurland op te vangen en ook veel winkels dragen een steentje bij. In de Poolse sportzaak CCC sloegen we onze slag, nadat Bernadet dertig procent van de prijs wist af te pingelen. Nagestaard door verbaasde klanten verliet een karavaan van wagentjes de winkel, met sneakers van het merk Sprandi in alle kleuren en maten. Bernadet en Stefan hadden in Nederland hun personenbusje al half volgeladen met goederen. De berg dozen kon er maar net bij.

Een dag na het shoppingbonanza staan we dus voor dat hoge hek midden in Lviv en moet er een roestige sleutel aan te pas komen om ons binnen te laten. Vrijwilligers en oudere kinderen helpen met uitladen; een jongen pakt een dartboard aan en omklemt het stevig met beide armen. Hij zal het niet meer loslaten. Allard speelt een potje voetbal en geeft de bal daarna aan Sasja, die meteen begint te stralen.

De directrice Halyna Pyrch - een zestiger met een streng gezicht, een kort pittig kapsel en een doorrookte stem - kijkt bedenkelijk; ze steekt een sigaret op en geeft orders.
‘Dit was altijd een heel gesloten tehuis,’ vertelt Halia. ‘Ze houden niet van pottenkijkers. Maar door de oorlog is het iets toegankelijker geworden.’ Pritch is niet blij met de chaos rondom het busje want we sturen haar schema in de war. Er komt namelijk een amateurtoneelgroep optreden.

Showtime!         podium2

Tehuis Mriya (droom) bestaat uit drie statige villa’s. Via een labyrint van bedompte gangen met houten schotten en veel prenten aan de muur belanden we in een klassieke theaterzaal met een glimmend houten podium en wijnrode stoelen. Hulpbehoevende kinderen worden aan de hand genomen; ze vinden het spannend en houden hun begeleiders stevig vast.

De kinderen zonder geestelijke beperking doen hun best om een paar woorden Engels met ons te praten. Zoals de dertienjarige Kirill, een pientere jongen met een zacht gezicht. ‘Mijn familie heeft een huis in Minneapolis. Dat is in Amerika,’ vertelt hij. Ik vraag me in stilte af of het een fantasie is of realiteit. Als het waar is, waarom mag hij daar dan niet heen?

Kirill kijkt ernstig. ‘Het is oorlog in Oekraïne’, vervolgt hij. ‘Poetin is een hele slechte man’. Dan wijst hij naar een wat oudere jongen die nonchalant tegen een muur aanleunt en een T-shirt draagt met het opschrift ‘Fuck’. Het lijkt me een duidelijk statement, gezien de omstandigheden. ‘Hij is mijn beste vriend hier.’
       publiekSinds het vertrek uit Donetsk staat het leven van deze kinderen stil; ze hebben geen lessen meer en moeten zichzelf vermaken. Wel organiseren vrijwilligers iedere dag een activiteit, zoals nu.
Op het podium verschijnt een uitbundig verkleed gezelschap; de acteurs dragen pruiken, nephorens en flaporen. Kirill legt uit dat de voorstelling over een groep dieren gaat. De ‘dieren’ schreeuwen, lachen, maken grappen en rappen op luide muziek.

Opeens lijkt de oorlog heel ver weg. Zowel de acteurs als de kinderen gaan helemaal op in het spel en genieten van de afleiding. Op het hoogtepunt loopt een man verkleed als piraat het podium op en worden er blaadjes uitgedeeld. De toeschouwers mogen er proppen van maken waarmee ze de piraat kunnen bekogelen. Het ontaardt in een vrolijk proppen-gevecht waar aan iedereen meedoet.

‘Volksheld’ Bandera
Als de voorstelling voorbij is wil directrice Pritch enkele vragen beantwoorden. Maar wel snel want haar dienst zit er op en ze wil naar huis. Waar kunnen deze kinderen nog heen als Lviv tóch wordt aangevallen? ‘Dat gebeurt niet’, zegt ze resoluut. ‘Dat zal de geest van Bandera niet toestaan.’ Bandera, een Oekraïense nationalist die tot zijn dood in 1959 vooral heeft gestreden tegen de overheersing door de Russen (maar ook nauw met de Nazi’s samenwerkte), is zowel een omstreden figuur als een volksheld.

‘Bovendien willen buurlanden deze kinderen heus wel opnemen!’ Maar terwijl ze dat zegt trekt Pritch nerveus aan haar sigaret en kijkt ze weg. Het lijkt grootspraak. De buurlanden zitten al stampvol vluchtelingen en zullen niet zomaar plek hebben voor meer dan tachtig weeskinderen, waarvan een deel intensieve begeleiding nodig heeft.

Opeens klinkt er luid gesnik. Sasja’s voetbal is kwijt geraakt of afgepakt. Hij is ontroostbaar. Door snel een Ajax bal tevoorschijn te toveren weet Stefan de crisis te bezweren. Ondertussen is er een run op de sneakers en storten de oudere jongens zich op de voetbalschoenen. We vrezen dat het er bij nader inzien niet genoeg zullen zijn.

Helaas hebben we geen tijd meer om het af te wachten want we moeten door naar het station om mensen op te pikken; ze hebben contact opgenomen met Allard die de laatste weken regelmatig naar Lviv reisde.

We vertrekken met gemengde gevoelens van het tehuis. Wat is het lot van deze kinderen? Wie zal zich om ze bekommeren als het ook mis gaat in Lviv of als steeds meer mensen de stad verlaten? En als de kinderen die wel kunnen leren geen scholing meer krijgen en een nog grote achterstand oplopen, hoe moeten ze dan op eigen benen leren staan? Wat hebben ze dan voor toekomst?

       stationLvivZij hebben geen keuze, in tegenstelling tot de vluchtelingen die straks met ons zullen meereizen, eerst naar Polen en daarna naar Nederland waar ze zullen worden opgevangen door fijne gastgezinnen.

Maar ook de exodus verscheurt families en zorgt voor grote stress. We zullen ook de dertienjarige Maxime oppikken; zijn ouders zijn gescheiden en Maxime verbleef met zijn vader in Kiev. Zijn moeder wist na het uitbreken van de oorlog naar Groningen te vluchten en wil dat Maxime bij haar komt wonen.
Zijn vader zal meereizen tot de grens en daar afscheid nemen omdat hij zelf het land niet uit mag; hij moet immers meevechten. Hij laat zijn zoon dus noodgedwongen achter bij totale onbekenden omdat Maxime niet meer veilig is in Oekraïne.

Luchtalarm  
Lviv is een elegante stad met prachtige oude huizen die ook aan het einde van de dag nog altijd baden in het zonlicht. Het is druk, de winkels zijn open, mensen laten hun honden uit en zelfs de nagelstudio op een hoek zit vol klanten. Het is business as usual; de oorlog lijkt nog steeds heel ver weg.
Totdat we in een file staan en het luchtalarm opeens af gaat. Niemand op straat lijkt er van op te schrikken. ‘De eerste dagen van de oorlog kon ik nauwelijks eten en slapen van de stress,’ zegt Halia. ‘Maar nu is er gewenning’. Gelukkig gebeurt er niets en we bereiken uiteindelijk zonder problemen de Oekraïense-Poolse grens met de vluchtelingen. Het emotionele afscheid tussen Maxime en zijn vader laat niemand onberoerd.

Een dag later is het menens en komen er twee Russische raketten neer op buitenwijken van Lviv. Wil Poetin laten zien hoe ver zijn wapens reiken of is het een voorbode van de strijd die nog komen gaat? Halia stuurt een foto. Bij kaarslicht heeft ze met haar familie vijf uur in een schuilkelder gezeten. We denken meteen aan de kinderen in het tehuis en hopen maar dat ze niet heel bang zijn geweest.